“Valt mijn badinrichting onder het nieuwe Bhvbz?”, “Krijg ik te maken met de nieuwe regelgeving?”, “Welke regels gelden voor mij?”
Dit soort vragen krijg ik vaker. Om deze vragen te kunnen beantwoorden, is een goed inzicht vereist in de reikwijdte en de systematiek van hoofdstuk II van het nieuwe Bhvbz. In dit artikel zal ik daar op ingaan en een en ander verduidelijken met voorbeelden.
Reikwijdte nieuwe hoofdstuk II
Bij de reikwijdte gaat het om de vraag wanneer hoofdstuk II wel en wanneer hoofdstuk II niet van toepassing is. Deze vraag is uiterst belangrijk. Instrumenten als zorgplicht en risicoanalyse zijn alleen van toepassing als een badinrichting binnen de reikwijdte van het besluit valt.
De toepasselijkheid van hoofdstuk II wordt met name bepaalde door:
a. onderscheid badinrichtingen – zwemlocaties
b. openbaarheid
c. aanwijzing personen
d. paragraaf 1 van hoofdstuk II
Ad a. Onderscheid badinrichtingen – zwemlocaties
Het nieuwe hoofdstuk II heeft alleen betrekking op ‘badinrichtingen (niet in oppervlaktewater)’.
Oppervlaktewater en kustwater die als zwemwater zijn aangewezen (zwemlocaties) vallen buiten het nieuwe Bhvbz.
Ad b. Openbaarheid
Privé-badinrichtingen worden niet aangemerkt als een badinrichting in de zin van de wet en vallen buiten de werking van het nieuwe Bhvbz.
Locaties die voor het publiek toegankelijk zijn worden per definitie als een badinrichting aangemerkt en vallen dus binnen het toepassingsbereik van het Bhvbz.
Voorbeeld: openbaarheid
Een badinrichting wordt praktisch slechts door een beperkt aantal personen bezocht. Bovendien zijn dat altijd dezelfde personen. Er zijn geen omheiningen of andere voorzieningen die de toegankelijkheid voor andere mensen beperken. Ik meen dat deze badinrichting onder het nieuwe besluit valt. De locatie is immers voor het publiek toegankelijk. Dat deze badinrichting praktisch alleen maar door een beperkt aantal en steeds dezelfde personen wordt bezocht, maakt dit niet anders.
Ad c. Aanwijzing personen
Wettelijk bestaat de mogelijkheid categorieën van personen aan te wijzen. Als badinrichtingen toegankelijk zijn voor personen die behoren tot deze categorieën, dan worden die badinrichtingen aangemerkt als een badinrichting in de zin van de wet en het nieuwe Bhvbz.
Het gaat bijvoorbeeld om bassins in een:
- (medisch) kinderdagverblijf
- zorginstelling
- ziekenhuis
- hotel, vakantiepark, camping
- particulier appartementencomplex
- sauna
Ad d. Paragraaf 1 van hoofdstuk II
Paragraaf 1 van hoofdstuk II duidt concreet de badinrichtingen aan die wel en die niet onder het nieuw besluit vallen. Het gaat om de volgende badinrichtingen:
Badinrichtingen waarbij één van de bassins een wateroppervlakte heeft van tenminste 2 m2
Volgens paragraaf 1 geldt hoofdstuk II voor badinrichtingen waarbij één van de bassins een wateroppervlakte heeft van tenminste 2 m2.
Voorbeeld: badinrichting met vijf bassins
Een badinrichting heeft vijf bassins. Vier bassins hebben een wateroppervlakte van minder dan 2 m2. Alleen het vijfde bassin heeft een wateroppervlakte van meer dan 2 m2. De gehele badinrichting valt onder het Bhvbz. De regels over de zorgplicht, kwaliteitseisen, monitoring en risicoanalyse zijn van toepassing op de gehele badinrichting, inclusief de vier kleinere bassins.
Badinrichtingen met uitsluitend bassins met een wateroppervlakte dan minder dan 2 m2
Volgens paragraaf 1 vallen badinrichtingen met uitsluitend bassins met een wateroppervlakte van minder dan 2 m2 niet onder het Bhvbz.
Voorbeeld: badinrichting met drie bassins
Een badinrichting heeft drie bassins. Elk van de bassins heeft een wateroppervlakte van minder dan 2 m2. De gehele badinrichting valt buiten het Bhvbz. De regels over de zorgplicht, kwaliteitseisen, monitoring en risicoanalyse zijn niet van toepassing.
Badinrichtingen met uitsluitend een wateroppervlakte van minder dan 2 m2 en een bassin met vissen
Een variant op het voorbeeld van zojuist: in één van die kleinere bassins zijn vissen aanwezig. De badinrichting valt wel onder het Bhvbz, echter alleen het bassin met vissen. De overige bassins vallen buiten het besluit. Fish spa’s vallen dus altijd onder het Bhvbz.
Badinrichtingen voor zover bassins deel uitmaken van verblijfseenheden in een gebouw met logiesfunctie
Buiten het nieuwe Bhvbz vallen, aldus paragraaf 1, bassins die deel uitmaken van de verblijfsruimte in (een gedeelte van) een gebouw of een samenhangend geheel van gebouwen dat een logiesfunctie heeft (hotel, vakantiehuisje op een resort, B&B).
Het gaat hier alleen om bassins die deel uitmaken van de verblijfsruimte, zowel binnen als buiten het gebouw.
Voorbeeld: verblijfsruimte hotel
Ik boek in een hotel een kamer en die kamer (verblijfsruimte) beschikt over een bad met whirlpool. Dan valt die badinrichting niet onder de werking van het Bhvbz.
Maar als datzelfde hotel op de vijfde étage een wellness heeft voor gemeenschappelijk gebruik (dus voor gebruikers van verschillende verblijfsruimten), dan valt de wellness wel onder de werking van hoofdstuk II. Dat betekent dat op de hotelhouder alle verplichtingen rusten van paragraaf 1 ten aanzien van de wellness (zorgplicht – kwaliteitseisen – monitoring – risicoanalyse).
Voorbeeld: verblijfsruimte vakantiepark
Ik reserveer bij een resort een vakantiehuisje. Dat vakantiehuisje beschikt over een eigen tuin met in die tuin een zwembad. Dit zwembad valt niet onder de werking van het Bhvbz. Het vakantiehuisje met de daarbij behorende tuin wordt immers beschouwd als een verblijfseenheid waarvan het zwembad deel uitmaakt.
Maar als het vakantiepark over een zwembad beschikt voor gemeenschappelijk gebruik, dan valt dat zwembad wel onder de werking van hoofdstuk II. Dat betekent dat op de eigenaar van het resort alle verplichtingen rusten van paragraaf 1 ten aanzien van het gemeenschappelijke zwembad.
Systematiek nieuwe Bhvbz
Als eenmaal vaststaat dat een badinrichting binnen de reikwijdte van hoofdstuk II valt, moet de volgende vraag worden beantwoord: welke regels zijn dan van toepassing? Deze vraag gaat over de systematiek van het nieuwe Bhvbz.
Bepalend daarvoor is de opbouw van het nieuwe hoofdstuk II. Dat hoofdstuk is verdeeld over twee paragrafen.
Paragraaf 1 draagt als opschrift ‘Algemeen’ en bevat bepalingen over:
- de reikwijdte van hoofdstuk II
- de zorgplicht
- kwaliteitseisen voor het zwem- en badwater
- kwaliteitseisen voor de lucht in overdekte badinrichtingen
- monitoring
- de cyclus risicoanalyse
Paragraaf 2 bevat voorschriften voor bijzondere typen bassins, te weten:
- ondiepe bassins in de open lucht (peuterbaden)
- bassins met een helofytenfilter (zwemvijvers)
- bassins met een verhoogd zoutgehalte (floating tanks)
- bassins met eenmalig gebruik van water
- bassins met vissen (fish spa’s)
- doorstroomde bassins
Let nu op het woord ‘algemeen’ in het opschrift van paragraaf 1. Dat woord betekent dat de bepalingen van paragraaf 1 in beginsel ook van toepassing zijn op de bijzondere typen bassins van paragraaf 2 – tenzij in paragraaf 2 anders is bepaald. Zo kunnen in paragraaf 2 voorschriften zijn opgenomen die voor het betreffende bijzondere type bassin in aanvulling komen op de algemene voorschriften van paragraaf 1. Ook kunnen in paragraaf 2 voorschriften zijn opgenomen die afwijken van de voorschriften van paragraaf 1.
Voorbeeld: uitsluitend peuterbaden
Een badinrichting kent twee bassins. Eén bassin heeft een wateroppervlakte van meer dan 2 m2 en een waterdiepte van 0,45 meter. Het tweede bassin heeft een wateroppervlakte van minder dan 2 m2 en een waterdiepte van 0,35 meter. Twee peuterbaden dus.
De vraag naar de reikwijdte is snel beantwoord: de gehele badinrichting valt onder het nieuwe besluit. Lastiger is de vraag welke regels van toepassing zijn.
Allereerst zijn dat de algemene regels van paragraaf 1. Zo gelden voor de peuterbaden de zorgplicht en de verplichting tot risicoanalyse.
In afwijking van paragraaf 1 hoeven de peuterbaden echter niet te voldoen aan de kwaliteitseisen en monitoringseisen van bijlage I. Om te voorkomen dat risico’s ontstaan voor de gezondheid of veiligheid, geeft paragraaf 2 enkele aanvullende voorschriften. Zo moeten de bassins eerst worden gereinigd en gedesinfecteerd voordat zij met water worden gevuld. Verder mogen de bassins pas kort voor gebruik worden gevuld en moeten zij dagelijks geheel worden ververst. Circulatiebassins hoeven echter niet dagelijks te worden ververst, wel moet het water dan voldoen aan bepaalde kwaliteitseisen.
Voorbeeld: peuterbad en een regulier bassin
Een badinrichting kent twee bassins. Eén bassin heeft een wateroppervlakte van meer dan 2 m2 en een waterdiepte van meer dan 0,50 meter (een regulier bassin). Het tweede bassin heeft een wateroppervlakte van minder dan 2 m2 en een waterdiepte van 0,35 meter (een peuterbad).
Ook nu is de vraag naar de reikwijdte snel beantwoord: de gehele badinrichting valt onder het nieuwe besluit. De vraag welke regels van toepassing zijn, valt wat sneller te beantwoorden.
Paragraaf 2 is namelijk niet van toepassing. Immers, de bepalingen van paragraaf 2 voor peuterbaden zijn alleen van toepassing voor zover in de badinrichting niet tevens een bassin aanwezig is dat dieper is dan 0,50 meter. In dit laatste voorbeeld is een dergelijk bassin wel aanwezig, zodat paragraaf 2 niet van toepassing is. Dat betekent dat paragraaf 1 van hoofdstuk II in volle omvang van toepassing is (zorgplicht – kwaliteitseisen – monitoring – risicoanalyse). Die regels gelden zowel voor het reguliere bassin als voor het peuterbad.
Conclusie: een vak apart
Praktische vragen als “Valt mijn badinrichting onder het nieuwe Bhvbz?”, “Krijg ik te maken met de nieuwe regelgeving?”, “Welke regels gelden voor mij?” zijn niet gemakkelijk te beantwoorden. Daarvoor is goed inzicht vereist in de reikwijdte en de systematiek van hoofdstuk II van het nieuwe Bhvbz.
Dergelijk inzicht kan slechts worden verkregen door zorgvuldige lezing van de afzonderlijke wettelijke bepalingen en door de wettelijke bepalingen te zien in onderlinge samenhang: een vak apart.
Goedemorgen,
uw artikel heb ik met zorg gelezen en maakt veel duidelijk.
Wij hebben een Bed and Breakfast met privé-zwembad. Wij zwemmen hier elke dag in, maar geven onze gasten hier op beperkte tijden ook toegang toe. Zij krijgen geen exclusief toegang, het kan ook zijn dat wij hier ook zwemmen. Is ons zwembad nu opeen semi-openbaar geworden? Een Bed and Breakfast wordt niet als een hotel gerekend, maar als een privé-bezigheid.
Weet u hoe wij hier mee om moeten gaan?
Alvast hartelijk dank voor uw antwoord
Geachte mevrouw Van Oorschot,
Mijn oprechte excuses voor mijn late reactie. Vanwege mijn voet-pelgrimage naar Santiago de Compostela ben ik langere tijd afwezig geweest. Ik zal uw vraag oppakken. Begin volgende week (uiterlijk dinsdag 8 augustus aanstaande) krijgt u van mij antwoord.
Met vriendelijke groet,
Luc Vosters
Ik heb nu een openbare sauna welke voldoet aan alle regels, zowel WHVBZ, als Vitens drinkwatervoorziening, legionella.preventie risicoanalyse en beheersplan, alles up-to-date.
Nu wil ik wegens bedrijfseconomische omstandigheden het saunabedrijf alleen privé gaan verhuren, dus besloten groepen van 2 tot 20 personen, ben ik dan ook verplicht tot de maandelijkse controle door C-Mark en de risico analyse zwemwater en drinkwater, alsmede de logboeken uit te voeren?
Geachte heer Bulters,
Mijn oprechte excuses voor mijn late reactie. Vanwege mijn voet-pelgrimage naar Santiago de Compostela ben ik langere tijd afwezig geweest. Ik zal uw vraag oppakken. Begin volgende week (uiterlijk dinsdag 8 augustus aanstaande) krijgt u van mij antwoord.
Met vriendelijke groet,
Luc Vosters